De basisbegrippen

Gepubliceerd op 12 januari 2023 om 15:40

Ik heb zelf bij Defensie gezeten, dit is een organisatie waar heel veel in afkortingen en met vaktermen wordt gesproken. Binnen de verschillende sporten, zoals powerlifting, weightlifting, functional fitness, Crossfit, HITT en WOD worden ook verschillende termen en afkortingen gebruikt.

 

Omdat je soms door de bomen het bos niet meer ziet, is het makkelijk om alles bij elkaar te hebben. Daarom heb ik deze blog (een soort woordenboek) gemaakt.

 

(Tip! Met Ctrl+F kan je zoeken door de tekst)

Wallball

21-15-9:

Dit is een voorbeeld van een repetitieschema. Er kunnen verschillende variaties rep. schema’s voorbij komen, waarbij dit er 1 van is.

 

AAB/AB:

Air Assault Bike is een fiets welke je kan laten bewegen met je benen (fietsend) en met je armen (handvat naar voren en naar achter) en is meestal niet zo’n geliefd apparaat bij de sporters ;).

 

AAR/AR:

Air Assault Runner is een bepaald soort loopband.

 

AFAP:

As Fast as Possible, deze term wordt niet vaak gebruikt maar het houdt in dat je iets zo snel als mogelijk doet. Dit is meestal een bepaald soort workout waarbij je de taak zo snel als mogelijk (bijvoorbeeld 5000m roeien) voltooid. Dit kan natuurlijk ook met meerdere taken.

 

AKBS:

American Kettlebell Swing, je hebt de Amerikaanse en Russian Kettlebell Swing waarbij het verschil vooral de hoogte is. De Russian is op ooghoogte en de Amerikaanse is tot boven je hoofd.

 

ALT:

Alternating, dit houd in dat je een alternerende (wisselende) beweging maakt. Je doe de beweging eerst met rechts en dan met links, daarna weer met recht en dan weer met links.

 

AMRAP:

As Many Reps (of Rounds) As Possible. De workout is meestal uitgeschreven met een tijdslimiet, van bijvoorbeeld 8 minuten, waarin je zoveel mogelijk herhaling of rondes moet halen.

 

Assault Bike:

Een fietsapparaat waarbij de armen ook mee bewegen. Conditioneel een heel zwaar apparaat.

 

ATG:

Ass to Grass is een squat welke zo diep als mogelijk naar de grond gaat.

 

BB:

Barbell is een grote metalen stang waar je gewichten (zgn. plates) op kan schuiven.

 

BBJ:

Burpee Box Jumps is een beweging waarbij je een burpee maakt en daarna op de kist springt. Veelal zijn dit houten plyoboxen, maar er zijn ook zachte varianten en metalen varianten.

 

BBJO:

Burpee Box Jump Overs is een beweging waarbij je een burpee maakt en daarna met een sprong op de kist springt en er aan de andere kant weer van af gaat. Veelal zijn dit houten plyoboxen, maar er zijn ook zachte varianten en metalen varianten.

 

Benchmark:

Benchmark is een crossfit workout welke meetbaar zijn en regelmatig terugkomen. Op deze manier kan je je vooruitgang zien/loggen.

 

BJ:

Box Jump is een beweging waarbij je vanaf de grond op een kist springt. Veelal zijn dit houten plyoboxen, maar er zijn ook zachte varianten en metalen varianten.

 

BJO:

Box Jump Over is een beweging waarbij je met een sprong op een kist springt en er aan de andere kant weer van af gaat. Er zijn ook variaties waarbij je in één keer over de kist springt. Veelal zijn dit houten plyoboxen, maar er zijn ook zachte varianten en metalen varianten.

 

BMU:

Bar Muscle Up is een beweging waarbij je je optrekt naar de bar toe en je een transitie (draai voorover) maakt waardoor de bar ter hoogte van je borst/buik uitkomt. Dan is het alleen nog uitdrukken en is de bar ter hoogte van je heupen.

 

BOR:

Bent Over Row is een oefening waarbij je voorover gebogen bent en je met gewicht/of een weerstandband je ellebogen omhoog brengt.

 

BOX

De gym zelf, deze term komt uit de Crossfit® wereld waarbij de spullen vaak in een box staan (een pand met 4 muren en dat is het)

 

BP:

Bench Press is een beweging waarbij je op je rug op een bankje ligt en het gewicht ter hoogte van je borst recht van je afduwt.

 

BRL:

Back Rack Lunge is een beweging waarbij je het gewicht op aan de achterkant op je schouders houdt en daarmee een lunge maakt (grote stap naar voren waarbij je achterste knie de grond raakt).

 

 

BSQ:

Back Squat is een oefening waarbij het gewicht (veelal een barbell) op de achterkant van je schouders is en je een squat met het gewicht maakt.

 

Buy in

Je mag pas aan de workout beginnen als je deze opdracht hebt afgerond (bijv. 600m rennen).

 

Buy out

De workout is pas afgelopen als je deze opdracht aan het einde hebt volbracht (bijv. 50 burpees).

 

BW:

Body Weight (lichaamsgewicht). Dit kan naar verschillende zaken verwijzen, zoals dat het gewicht van de Deadlift gelijk moet zijn als je lichaamsgewicht, maar ook dat je de oefeningen doet met alleen lichaamsgewicht. De zogenaamde gymnastic oefeningen.

 

C2:

Het merk, Concept, van een veelgebruikte roeiapparaat binnen de crossfit.

 

C2B:

Chest To Bar Pull-up is een pull up waarbij je de bar (optrekstang) aanraak met je borstkast (de gedeelte onder je sleutelbeen).

 

CAL:

Calories staat voor de hoeveelheid calorieën die je verbrandt op een cardioapparaat (aangegeven door het apparaat).

 

CFT:

CrossFit Total is een benchmark workout met een Back Squat een Shoulder Press en een Deadlift, waarbij je het gewicht bij elkaar optelt.

 

CHIPPER:

Een workout met meer dan vier verschillende oefeningen.

 

CL:

Clean is een beweging waarbij je het gewicht van de grond naar je schouders brengt.

 

CL & J:

Clean and Jerk is een beweging waarbij je eerst een (power)clean en een (split)push-jerk aan elkaar plakt.

 

DB:

Dumbbell is een gewicht met een handvat en aan beiden uiteinden van het handvat zit een gewicht (rubber of metaal) vast.

 

DL:

Deadlift is een oefening waarbij je een gewicht van de grond tilt en er vervolgens mee rechtop gaat staan.

 

DNF:

Did Not Finish houdt in dat je de workout niet gered hebt binnen een tijd. Het is ook mogelijk om je tijd en je gemiste reps op te schrijven.

 

DNS:

Did not start houdt in dat je niet bent begonnen aan de workout.

 

DU:

Double Unders, dit is touwtje springen waarbij het touw bij één sprong 2x onder je voeten door gaan. Deze worden tegenwoordig ook weleens uitgebreid naar de triple unders.

 

EMOM:

Every Minute On the Minute. Deze workout is meestal uitgeschreven met een tijdslimiet, waarbij je elke minuut een bepaalde opdracht moet vervullen. Dit kan één oefening of meerdere oefeningen zijn binnen die ene minuut.  Je hebt ook de variant "death by", waarbij er bij één oefening elke minuut een herhaling bij komt.

 

Bijvoorbeeld een "death by burpees"

minuut 1 = 1 burpee

minuut 2 = 2 burpees

minuut 3 = 3 burpees

minuut 4 = 4 burpees

minuut 5 = 5 burpees

etc.

 

FGB:

Fight Gone Bad is een bekende WOD :

3 Rounds For Total Reps in 17 minutes.

1 minute Wall Ball Shots (20/14 lb)

1 minute Sumo Deadlift High-Pulls (75/55 lb)

1 minute Box Jumps (20 in)

1 minute Push Press (75/55 lb)

1 minute Row (calories)

1 minute Rest.

 

FRL:

Front Rack Lunge is een beweging waarbij je het gewicht op de voorkant van je schouders houdt en daarmee een lunge maakt (grote stap naar voren waarbij je achterste knie de grond raakt).

 

FS/FSQ:

Front Squat is een oefening waarbij het gewicht aan de voorkant van je schouders is en je een squat met het gewicht maakt.

 

G2OH:

Ground to Overhead is iets van de grond verplaatsen tot aan boven je hoofd (met gestrekte armen). Dit kan van alles zijn, Barbell, dumbell, plate, etc.

 

GHD:

Glute Ham(string) Developer is een groot apparaat waarmee je het gedeelte van je buik/rug/billen/hamstrings kan trainen, maar waarbij je bijv ook back/hip extensions kunt maken.

 

GPP:

General Physical Preparedness is eigenlijk de voorbereiding/training van je algehele fysieke gesteldheid.

 

Gym (of G):

De oefeningen zijn in te delen in 3 hoofdgroepen gymnastic, monostructural, weightlifting . Hierbij geld dat de gymnastic staat voor de lichaamsoefeningen (handstand, pull-up, push up, etc.). De monostructural staat voor de zogenaamde cardio oefeningen (roeien, touwtjespringen, assaultbike, etc.) en de weightlifting staat voor het verplaatsen van gewichten (deadlift, thrusters, poweclean, etc.).

 

H2H:

Hand to Hand (KBs) is een (single arm) ketllebell swing waarbij je de KB op schouderhoogte overgeeft naar de andere hand.

 

Hang position:

Positie iets boven kniehoogte.

 

HAP:

Heavy as Possible, deze afkorting word zelden gebruikt. En de uitleg zegt het al, dat je iets zo zwaar mogelijk doet. Dit kan gebruikt worden bij een bepaalde weightlifting oefening, waarbij je zo zwaar als mogelijk een deadlift doet. Maar ook als de WOD schrijver de bedoeling heeft om bij bijvoorbeeld pull-ups de sporter uit te dagen en deze dus zo zwaar mogelijk moet. Denk hierbij aan de sporter, welke elke keer vanaf een box opspringt en een pull up doet en dat deze dus nu vanaf de grond opspringt en een pull up doet.

 

HHPCL:

High Hang Power Clean is een beweging waarbij je het gewicht van net onder je heupen naar je schouders brengt. De power staat voor de explosieve extensie van je heup.

 

HHPSN:

High Hang Power Snatch is een power snatch welke net onder de heupen begint.

 

HHSCL:

High Hang Squat Clean is een squat clean die net onder je heupen begint.

 

HHSN:

High Hang Squat Snatch is een squat snatch welke net onder de heupen begint.

 

Hi-hang position:

Positie net onder heuphoogte.

 

HPCL:

Hang Power Clean is een powerclean welke net boven je knieën begint.

 

HPSN:

Hang Power Snatch is een power snatch welke net boven de knieën begint.

 

HSCL:

Hang Squat Clean is een squat clean welke net boven de knieën beginnen.

 

HSH:

Handstand Hold is een handstand welke je een bepaalde tijd of zo lang mogelijk volhoud.

 

HSPU:

Handstand Push-up is een oefening waarbij je op je kop in een handstand staat en dan je hoofd laat zakken tot de grond en je je daarna weer opduwt in een normale handstand (met gestrekte armen)

 

HSSN:

Hang Squat Snatch is een squat snatch welke net boven de knieën begint.

 

HSW:

Handstand Walk is een oefening waarbij je vrijstaand met je benen in de lucht en op je handen (een handstand) gaat lopen.

 

JJ:

Jumping Jack is een oefening waarbij je springend je handen en benen tegelijkertijd naar buiten en naar binnen doet.

 

JSQ:

Jump Squat is een squat waarbij je overgaat naar een sprong als je omhoog komt.

 

K2E:

Knees to Elbow is een oefening waarbij je aan het Rig of de ringen hangt en je je knieën naar je ellenbogen brengt.

 

KB:

Kettlebell is een (zware) ronde bal met een handvat eraan, waarmee veel verschillende oefeningen en zelf een hele workout gedaan kan worden. De Kettlebell werd vroeger al gebruikt door het Russische leger om te trainen.

 

Kipping:

Een beweging met als doel, snellere herhalingen en grotere volumes te krijgen.

Bij een Pull-up wordt het woord vaak gebruikt voor het heen en weer schommelen, bij een handstand push-up is het je knieën intrekken naar je borstkast en explosief uitstrekken. Zo zijn er nog meer variaties.

 

KTE:

Knee to elbows. Knieen naar je ellebogen, deze beweging wordt regelmatig gebruikt als tussenstap naar de Toes to Bar beweging.

 

L1:

Level 1 verwijst naar het niveau van verschillende certificeringen. Zoals Crossfit® level 1 of weightlifting level 1 coach.

 

L2:

Level 2 verwijst naar het niveau van verschillende certificeringen. Zoals Crossfit® level 2 of weightlifting level 2 coach.

 

MC:

Mountain Climber is een oefening waarbij je in een voorligsteun ligt en je je knieën in een rap tempo naar je borst brengt.

 

ME:

Max Effort is ergens helemaal voor gaan. Bijvoorbeeld een workout die geschreven is als “sprint” dat je dan zonder pauzes zo snel mogelijk de herhalingen/reps doet.

 

METCON:

Metabolic Conditioning is een workout waarbij je op verschillende niveaus, snelheden, gewichten en intensiteiten (variatie dus) traint.

 

MOB:

Mobility is de mobiliteit van je lichaam, met andere woorden wat is de vrijheid van je lichaam om zichzelf te kunnen bewegen. Wat ik veelal zie is bijvoorbeeld als iemand een barbell op zijn schouders houdt en de ellebogen meer omhoog moeten (ander kan de barbell eraf rollen met een front squat) dan krijg ik als antwoord terug dat het niet lukt. Dan is het dus belangrijk om aan je mobiliteit te werken.

 

MOD:

Modification/modified wil zeggen de dat oorspronkelijke WOD is aangepast. Bijvoordbeeld de WOD “Fran” welke gemodificeerd is naar de WOD “Heavy Fran”.

 

MP:

Military Press is een strictpress waarbij je elleboog aan de zijkant van je lichaam is.

 

MU:

Muscle Up (rings) is een beweging waarbij je je optrekt naar de ringen en je een transitie (draai voorover) maakt waardoor de ringen ter hoogte van je borst uitkomen. Dan is het alleen nog uitdrukken en zijn de ringen ter hoogte van je heupen. Het kan zijn dat ze weleens door elkaar gehaald worden met een Bar muscle up (BMU) wat de zelfde oefening is maar dan aan het Rig.

 

No-Rep:

Dit woord gebruiken ze voor als je de herhaling/repetitie niet volgens de volledige range of motion uitvoert. Dus eigenlijk een niet juist uitgevoerd oefening.

 

OH:

Overhead. (Boven het hoofd).

 

OHL:

Overhead Lunge is een beweging waarbij je het gewicht, met gestrekte armen, boven je hoofd hout en daarna een lunge maakt.

 

OHS:

Overhead squat. Squat met een gewicht boven je hoofd.

 

OHSQ:

Overhead Squat is een oefening waarbij het gewicht met gestrekte armen boven je hoofd is en je een squat met het gewicht maakt.

 

OLY:

Olympic Weightlifting zijn de olympische weightlifting oefeningen, zoals een powerclean.

 

OTM:

On the minute, word vaak gebruikt als je een bepaalde taak moet volbrengen  maar je elk minuut (of na meerdere minuten) iets anders moet doen. Bijvoorbeeld 100 pull-ups OTM 1 burpee.

 

P:

Press deze wordt veelal strict press of shoulder press, hierbij druk je het gewicht (veelal barbell) vanaf je schouders tot boven je hoofd, waarbij de rest van je lichaam niet beweegt.

 

PCL:

Power Clean is een beweging waarbij je het gewicht van de grond naar je schouders brengt. De power staat voor de explosieve extensie van je heup.

 

Pistol of Pistolsquat:

One-legged squat. Een Squat op één been, waarbij de andere been naar voren gestrekt is. Vaak wordt de voet van de gestrekte been beetgepakt voor een betere evenwicht.

 

PJ:

Push Jerk is een beweging waarbij je het gewicht (veelal barbell) vanaf je schouders boven je hoofd krijgt door middel van eronder te duiken.

 

PP:

Push Press, je maakt een lichte dip (licht door je knieën zakken) en drukt het gewicht (veelal barbell) vanaf je schouders tot boven je hoofd. Door de dip maak je vaart omhoog en kan je meer gewicht drukken dan bij een strict/shoulder press.

 

PR:

Personal Record  (ook wel PB genoemd, personal best), dit houd in dat je je persoonlijke record hebt verbeterd op iets. Denk aan een snellere tijd voor 3000m roeien of 10kg zwaardere deadlift dan ooit maar denk hierbij ook aan het meeste aantal double unders zonder te “struikelen”.

 

PSN:

Power Snatch is een snatch waarbij je explosief je heupen "extent" en er dus meer kracht gegenereerd wordt.

 

PU:

Pull-up or Push-up is nog wel een lastige afkorting omdat het beiden kan betekenen.

 

PVC:

PVC is een pvc-buis of een bezemsteel wat vaak wordt gebruikt om een barbell oefening op een veilige manier te demonsteren of te oefenen.  De PVC wordt ook veel gebruikt met rek en strek oefeningen.

 

RC:

Rope climb is de oefening touwklimmen, waarbij je dit ook “legless” kunt doen. Dit wordt altijd aangegeven als het “legless” moet zijn, anders is het normaal touwklimmen,

 

RD:

Ring dip is een oefening waarbij je met gestrekte armen de ringen terhoogte van je heup/buik hebt en je dan laat zakken naar de grond.

 

RDL:

Romanian Deadlift begint eigenlijk staand en je brengt het gewicht naar beneden, waarbij je je knieën minimaal buigt en je dus je hamstrings meer traint.

 

Rds:

Rounds, hoeveel rondes in een workout.

 

REP:

Repetition één herhaling van een oefening. Je kan hiermee dus de aantal herhalingen aangeven. (bijv. 10 reps of pull-ups)

 

RFT:

Rounds For Time, de voorgeschreven rondes in een workout binnen een zo snel mogelijke tijd afwerken.

 

Rig:

Is de naam voor het hele grote rek waar je je bijv. een pull-up kan maken of kan gebruiken als bijv. squat rek. Er zijn ook uitgebreidere Rigs, waar bijv. Ringen en touwen aangehangen worden of met een wall ball target.

 

RKBS:

Russian Kettle Bell Swing, je hebt de Amerikaanse en Russian Kettle Bell Swing waarbij het verschil vooral de hoogte is. De Russian is op ooghoogte en de Amerikaanse is tot boven je hoofd.

 

RM:

Repetition Maximum (1RepMax, 2RepMax, etc.) is eigenlijk je persoonlijk record bij aantal aangegeven herhaling. Vaak wordt deze afkorting gebruikt om te kijken wat je nieuwe PR is.  

 

ROM:

Range of Motion is van een volledige samentrekking tot aan een volledige strekking van een spier (of andersom). Dit is dus het bewegingsbereik van je spier.

 

RR:

Ring Row is een beweging waarbij je voeten voor de ringen zijn en je bovenlichaam onder de ringen hangen en je jezelf dan gaat optrekken.

 

RX:

RX is van een medisch symbool ( ℞ ) afgeleid wat vrij vertaald betekend “zoals voorgeschreven”. Dit houd dus in dat je de workout exact doet zoals voorgeschreven. Bijvoorbeeld met het voorgeschreven gewicht of de voorgeschreven movement (zoals de muscle up)

 

S2OH:

Shoulder to Overhead is een beweging waarbij je een gewicht vanaf je schouders tot boven je hoofd krijgt. Dit kan met allerlei variaties (strict/shoulderpress, push press, push jerk en split jerk).

 

SCL:

Squat Clean is een beweging waarbij je de clean/powerclean opvangt in een squat houding.

 

SDL:

Sumo Deadlift is een deadlift waarbij je voeten ver uit elkaar staan (als een sumoworstelaar)

 

SDLHP:

Sumo Deadlift High Pull zijn 2 oefeningen aan elkaar geplakt. De Sumo Deadlift is een deadlift waarbij je voeten ver uit elkaar staan (als een sumoworstelaar) en als je dan omhoog komt til je je ellebogen omhoog (high pull), waardoor het gewicht naar boven komt.

 

SJ:

Split Jerk is een variatie van de push jerk waarbij je je voeten verticaal van elkaar neerzet. En daarna rechtop gaat staan. 

 

SkiErg:

Ski ergometer. Een conditioneel ski-apparaat.

 

SMR:

Self Myofascial Release is een techniek van een zelfmassage waarbij veelal gebruik wordt gemaakt van een foamroller.

 

SN:

Snatch is een beweging waarbij je het gewicht in één beweging vanaf de grond  boven je hoofd brengt.

 

SPP:

Specific Physical Preparedness is eigenlijk de voorbereiding/training van een gerichtte gesteldheid (bijv. conditie).

 

SQ:

Squat is een beweging waarbij je door je knieën zakt (van een staande houding naar een zittende houding)

 

SSN:

Squat Snatch is een snatch welke je opvangt in een squat.

 

Strict:

Beweging moet strict worden uitgevoerd, dus het gaat om de beweging en er mag niks anders bewegen. Dus geen dip met de benen, kipping bij een pull-up, etc.

 

SU:

Single Under, dit is touwtje springen , met een jumprope, waarbij het touw bij één sprong 1x onder je voeten door gaat.

De afkorting SU wordt ook weleens gebruikt voor Sit Ups.

 

SUB/Scale:

Substitute wordt vaker “Scaling” genoemd en houdt in dat er iets wordt vervangen door een andere oefening/gewicht/apparaat of extra ondersteuning ergens aan toegevoegd wordt.

Bijvoorbeeld een hardlopen voor een roeiapparaat of pull-ups door ringrows.

 

T2B of TTB:

Toes to Bar is een oefening waarbij je aan de bar hangt en je met je tenen de bar aanraakt.

 

T2R:

Toes to Rings is een oefening waarbij je aan de ringen hangt en je met je tenen de ringen aanraakt.

 

TABATA

Hele intensieve workout format van 20 seconden werk en 10 seconden rust voor een gegeven aantal sets en oefeningen. Officieel zijn er 8 rondes, maar dit wordt heel vaak aangepast.

 

Tempo:

Oefening wordt met een bepaald tempo uitgevoerd. Vaak een langzaam tempo.

 

TGU:

Turkish Get Up is een oefening waarbij je op de grond begint met een gewicht in je hand gestrekt boven je lichaam en je via een bepaalde manier opstaat en wanneer je met een gestrekte arm recht boven je hoofd ga je op dezelfde manier weer terug.

 

TH:

Thruster is een oefening waarbij je een front squat (FS) maakt en tijdens het opstaan het gewicht uitstoot boven je hoofd.

 

TNG:

Touch and Go, wordt meestal in een oefening gebruikt waarbij het gewicht snel de grond aanraakt en de volgende rep in gang wordt gezet.

 

UB:

Unbroken houdt in dat je een aantal herhalingen doet zonder te moeten breken vanwege spierverzuring, uithoudingsvermogen, onkunde, etc.  

 

W-up:

De warming up , dit kan een algehele warming up of een specifieke warming up zijn.

 

WB:

Wall Ball is een oefening waarbij je met een zware bal een squat maakt en in de beweging omhoog de bal gooit naar een target. De bal vang je weer op en in een vloeiende beweging zak je weer naar beneden om de volgende rep te maken.  

 

WL:

Walking lunge is een loopbeweging waarbij je steeds ver naar buiten uitstapt en hierdoor je achterste knie de grond raakt.

 

WOD

WOD staat voor Workout Of the Day. Dit is een term binnen de sportwereld waarbij elke dag een andere workout wordt voorgeschreven.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.